Aan het eind van de nieuwe visie staat een zinnetje over hoe GGZ inGeest ruimte wil bieden aan andere gezichten en inzichten, ook van naasten. Maar verder zie ik daar niets van terug in de visie, terwijl is vastgesteld dat waar mogelijk triadisch wordt gewerkt.
Triadisch werken houdt in dat je werkt met drie gelijkwaardige partijen: cliënt, familie en behandelaar. Daarbij hebben alle drie de partijen als het kan een even grote rol. Dat is veel meer dan ruimte bieden aan andere gezichten en inzichten. Dat is streven naar een zo groot mogelijke rol van familie en naasten in het behandeltraject. Dat mag als het aan mij ligt zwaarder aangezet worden in de visie.
Ik ben familie-ervaringsdeskundige en adviseur familiebeleid bij GGZ inGeest. Het familiebeleid is nog niet zo lang geleden herijkt en vastgesteld door de Raad van Bestuur. Maar helaas ik zie, net als elders in Nederland, een discrepantie tussen theorie en praktijk. We hebben vanuit de kwaliteitscommissie familie, kinderen en naasten een ronde langs de teams gemaakt en kregen van hen terug: Er zijn nog veel meer beleidsvoornemens, om die allemaal uit te voeren is niet haalbaar. We moeten dus prioriteren, zowel tussen verschillende beleidsterreinen als binnen familiebeleid.
Wat dan prioriteit zou moeten hebben binnen familiebeleid? Iedereen moet tussen de oren krijgen dat het belangrijk is om de familie te betrekken. Het is belangrijk voor de uitkomst van het behandeltraject, maar ook voor de familie zelf. We moeten families van cliënten ondersteunen, zodat zij hun naaste kunnen opvangen én zelf ook steun krijgen. Helaas is het zo dat familiebeleid nu nog een sluitpost is. Als je een behandelaar vraagt: Betrek je de familie? Dan zeggen ze ja. Maar als je vraagt wat dat inhoudt, dan blijkt dat familie en naasten aanwezig zijn bij gesprekken met de cliënt over de cliënt. Het gaat nooit over familie en naasten zelf.
Directe aandacht voor de familie is belangrijk. Daarbij zou ik zeggen: probeer je eigen agenda los te laten en echt te luisteren naar de familie. Vaak wordt vanuit behandelperspectief de agenda opgesteld, gericht op het stabiliseren van de cliënt, zeker in de klinische setting. Maar als je geen aandacht hebt voor familie en de situatie thuis ongewijzigd blijft, dan is de kans groot dat de cliënt na ontslag uit de kliniek opnieuw opgenomen moet worden. Het zijn vaak heel complexe en problematische relaties tussen client en familie, vaak is er veel gebeurd. Familie en naasten moeten ruimte krijgen om zich daarover uit te spreken.
Eigenlijk zou het daarbij zo moeten zijn dat bij ieder netwerk van de cliënt ook een familie-ervaringsdeskundige in beeld is. Er wordt nu vaak alleen naar mij verwezen als er een aanleiding is, als er iets niet goed is in de relatie. Terwijl er een enorm preventieve werking uit kan gaan van het betrekken van een familie-ervaringsdeskundige. Soms vorm ik een resourcegroep rond de client. Dit is een beproefde methode die binnen GGZ inGeest helaas nooit breed is uitgerold. Met de cliënt, die de regie heeft, werkt de regieondersteuner (dat kan een familie-ervaringsdeskundige zijn) samen met het formele en informele netwerk aan hersteldoelen. Dat verhoogt de kwaliteit van leven van de cliënt en het netwerk enorm. En dat ontlast daardoor de maatschappij.
Naasten zijn dus net zo hard samenwerkingspartner in de behandeling. Hen betrekken kost tijd, maar het levert een hele hoop op. Zet de kosten van een dag opname af tegen de kosten van de inzet van een familie-ervaringsdeskundige. Dan zie je wat het financieel oplevert. Dat is nog los van wat het oplevert voor cliënt, familie en naasten
- Mirjam, familie-ervaringsdeskundige